Misschien werd je vroeger een ‘makkelijk kind’ genoemd. Je vroeg weinig aandacht, regelde de dingen zelf en stelde weinig eisen. Dat was fijn voor je ouders, dat merkte je wel. Je ouders bedoelden het goed—ze hadden het druk, probeerden de dag door te komen. Maar zonder dat iemand het doorhad, leerde jij dat je vooral op jezelf aangewezen was.
Je paste je aan, wilde niet lastig gevonden worden. Stopte met huilen als je pijn had. Stopte met vragen om troost. Stopte met laten zien wie je écht was.
En je brein leerde iets belangrijks: gevoelens negeren is veiliger.
Waarom je je zo voelt
Jaren later lijk je zelfstandig, succesvol, iemand die alles onder controle heeft. Maar van binnen voelt het vaak als chaos. Gedachten schieten alle kanten op, taken blijven onafgemaakt, deadlines stapelen zich op. Hoe harder je je best doet, hoe meer het voelt alsof je tekort schiet.
Soms zeggen mensen: ‘misschien heb je ADD’. En misschien heb je dat zelf ook wel eens geloofd. Maar diep van binnen voel je: dit is niet zomaar een aandachtsprobleem. Dit is iets anders.
Want wat je waarschijnlijk niet weet over dat verstrooide, ongefocuste en overweldigde gevoel:
het gaat niet alleen om afleiding. Het is noodzakelijk geweest om te overleven.
Een makkelijk kind blijft alert
Als je opgroeit zonder je écht gezien of ondersteund te voelen –zelfs in kleine, subtiele dingen– past je zenuwstelsel zich daaraan aan. Het leert alert te zijn, continu op zoek naar veiligheid, verbinding en liefde. En dat neem je mee je verdere leven in. Het vreet energie. Niet omdat je lui bent of niet je best doet, maar omdat je brein nog steeds werkt zoals het vroeger moest.
Dat constante aanstaan heeft gevolgen. Je hoofd is altijd vol, je gedachten springen van het ene naar het andere, je vindt geen rust. Je voelt je snel overweldigd, maar blijft toch doorzetten, omdat stoppen geen optie lijkt.
Maar weet dit: het hoeft niet zo te blijven.
Hoe je je zenuwstelsel kunt kalmeren
De oplossing zit niet in harder je best doen, maar in het leren kalmeren van je zenuwstelsel. Dat betekent:
- Je bewust worden van de signalen die je lichaam geeft
- Ruimte maken voor gevoelens die je ooit hebt weggestopt
- Jezelf leren dat het veilig is om te ontspannen en te rusten
Niet door simpelweg ‘te plannen’ of ‘je zaken beter te organiseren’, maar door echt te begrijpen hoe je brein werkt – en hoe je het weer een gevoel van veiligheid kunt geven.
Er is niets mis met je
Misschien herken je jezelf in het beeld van ‘makkelijk kind’. Misschien voelt het bij jou ook alsof je altijd nét tekortschiet, hoe hard je je best ook doet. Maar onthoud dan dit: er is niets mis met je. Je brein heeft precies gedaan wat het moest doen om jouw kans op liefde en veiligheid zo groot mogelijk te maken. Alleen word je goed in alles wat je vaak doet; dat geldt voor wat je wilt leren, maar helaas ook wat je níet wilt leren.
En dat betekent ook dat je brein nú kan leren om het anders te doen.
Wil je weten hoe je uit dit patroon kunt stappen? Neem gerust contact op. Je hoeft dit niet meer alleen te doen.