De functie van pijn is je lichaam beschermen.
Stel, je bent op een mooie dag aan het wandelen in het bos. De vogels fluiten, zonnestralen worden gefilterd door het bladerendek en een zacht briesje streelt je huid. Je kijkt omhoog omdat een eekhoorn een boom inschiet, waardoor je een kuil in het bospad niet ziet… Au! Je verzwikt je enkel.
In je lichaam gebeurt precies wat er moet gebeuren, ook al is het niet bepaald prettig. Pijn kan je soms naar de adem doen happen. Maar de functie van pijn is het zorgen voor bescherming, zodat je niet verder loopt op die geblesseerde enkel. Als je geen pijn zou hebben, dan zou je verder lopen op je enkel. Daardoor zou die verder geblesseerd raken en niet kunnen genezen.
Als we nu in super slowmotion bekijken wat er gebeurt als je voet verkeerd terechtkomt, dan zien we dat nocireceptoren in je enkel de impact voelen en een signaal sturen naar je ruggenmerg. Je voelt nog geen pijn.
Je ruggenmerg transporteert het signaal naar je hersenen. Nog steeds geen pijn.
De vierenveertig delen van je hersenen die zich bezighouden met pijn, verwerken de input, signaleren gevaar en genereren het gevoel van pijn. Nu voel je het! Je stopt met gewoon lopen en begint te strompelen. Daarmee ontzie je je enkel en dat is precies het doel van pijn. Zodra je kunt, ga je zitten. Je enkel heeft nu rust nodig om te kunnen genezen.
Je ziet dus dat pijn een functie heeft: het is het antwoord van je brein op een signaal dat gevaar aanduidt. Pijn is als het ware het resultaat van een gesprek tussen je lichaam en brein. Maar zoals in elk gesprek, kunnen dingen verkeerd begrepen worden. Daarover in een ander blog meer.
Meer lezen? Klik hier (artikel Radboud UMC)